volgende |
DE ZENUWACHTIGE INKTVIS
Er was eens een inktvis en die was ontzettend
zenuwachtig. Hij had, net zoals andere inktvissen, acht armen, of poten, of staarten, het
is maar zoals je ze noemen wil. Vaak worden ze tentakels genoemd. Maar bij de zenuwachtige inktvis waren al die
acht dingen met elkaar in de knoop geraakt. En hoe hij ook probeerde ze weer uit
de knoop te krijgen, het wilde maar niet lukken.
Het nare daarvan was, dat hij daardoor niet goed meer kon zwemmen. Hij bleef steeds op één plaats in het water hangen en hij kon niet voor- of achteruit.
De andere inktvissen kwamen hem gelukkig steeds eten brengen, want anders was hij al lang doodgegaan van de honger. En de arme zenuwachtige inktvis wist niet hoe hij zijn staarten weer uit elkaar moest halen. Toen hij zo al een tijdje op dezelfde plaats in het water had gehangen, kwam er een andere inktvis voorbij. "Zeg", zei de andere inktvis, "wat zie jij eruit"
"Tja", zei de zenuwachtige inktvis,
nogal zenuwachtig, "eh... ik zit...eh... helemaal in de knoop. Al mijn ... eh... tentakels zitten helemaal in de war en ... eh ... ik kan ze maar niet
losmaken. Kun jij ... mij misschien helpen?"
"Natuurlijk" zei de andere inktvis. "Dat wil ik best, maar je moet eerst een beetje rustig worden. Je bent nu veel te zenuwachtig. Alles beweegt aan je lichaam. Geen wonder dat de boel in de knoop is geraakt."
"O.K." zei de zenuwachtige inktvis, "ik
zal het proberen...eh...zeg maar...wat ik moet doen."
"Goed", zei de andere inktvis, "eerst moet je je helemaal stil houden Niets bewegen. Geen enkele tentakel, er mag niets bewegen. Zo, nu doe je de bovenste tentakel iets omhoog."
"Deze?", vroeg de zenuwachtig inktvis.
"Nee, die daarnaast. Die ja, iets omhoog...zo ja. En nu doe je die tentakel daarnaast iets omlaag."
"Deze?", vroeg de zenuwachtige inktvis weer.
"Nee die", zei de andere inktvis. "En nu die tentakel omhoog doen. Zo ja. Nu iets naar achteren. Ja, nu weer iets omhoog en nu naar voren. Goed zo. Nog even...ja...ziezo...hoor, die knoop is eruit. Nu de volgende.
En zo ging het nog een tijdje door. Het was
een heel karwei om alle knopen uit de zenuwachtige inktvis te halen.
Gelukkig
werd de zenuwachtige inktvis op den duur iets minder zenuwachtig, waardoor het
allemaal wat gemakkelijker ging, maar het had wel een hele tijd geduurd voordat
alle knopen eruit waren.
Toen kon de zenuwachtige inktvis eindelijk weer zwemmen en naar eten zoeken.Hij zwom weg, maar de andere inktvis zag dat hij nog behoorlijk wiebelde. "Als dat maar goed gaat", dacht de andere inktvis, maar hij zwom toen zelf toch maar gewoon verder, want hij had intussen een flinke honger gekregen.
volgende |